Participatiemonitor hernieuwbaar op land: nulmeting

Op 30 oktober 2020 werd de eerste Monitor Participatie Hernieuwbare energie op land openbaar. Deze nieuwe monitor geeft zicht op de invulling van participatie van de omgeving bij gerealiseerde wind- en zonneparken in Nederland. AS I-Search en Bosch & Van Rijn bundelden hun krachten om de participatiemonitor te ontwerpen en voor de eerste keer uit te voeren. Een nulmeting tot en met 2019.

Het Klimaatakkoord streeft naar participatie van burger en bedrijven in de energietransitie. Iedereen moet mee kunnen doen. De omgeving moet voordeel hebben en delen in de lusten. Voor wind- en zonneparken vertaalt dit zich onder andere  in een streven naar “een evenwichtige eigendomsverdeling in een gebied waarbij gestreefd wordt naar 50% eigendom van de productie van de lokale omgeving (burgers en bedrijven)”. In het kort aangeduid als: een streven naar 50% lokaal eigendom. Dit is één van de mogelijke participatievormen. Andere vormen zijn: financiële participatie zonder eigendom en zeggenschap, een omgevingsfonds of omwonendenregeling (zoals lokale stroomaanbod). Uitgangspunt is dat de omgeving baat heeft bij de ontwikkeling van de nieuwe energie.

De nieuwe monitor geeft zicht op de wijze waarop participatie van de omgeving is geregeld in bestaande wind- en zonneparken.

De nulmeting is ontwikkeld in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat.

foto: RVO

Nulmeting

De nulmeting onderscheidt verschillende typen omgevingsparticipatie, waaronder  twee typen lokaal eigendom: (1) eigendom van de lokale omgeving waarin iedereen mee kan doen en (2) eigendom van een of enkele lokale partijen zoals lokale bedrijven, gemeenten of waterschappen. In de nieuwe Participatiemonitor 2021 is die definitie verder aangescherpt.

Voor de nulmeting 2o19 zijn 183 zonneparken en 87 windparken (gerealiseerd na 2015) tegen het licht gehouden. De peildatum is de situatie tot 1-1-2020.

Resultaat

  • Lokaal eigendom van de omgeving zonneparken (4%) en windparken (13%) van de productie. De lokale omgeving is gedeeltelijk of volledig eigenaar het zonnepark of windpark. Dat kan zijn een lokale coöperatie met een of meerdere lokale partijen zoals een collectief van agrariërs. Lokale partners kunnen daarin samenwerken met een niet-lokale partner (aandeel niet-lokaal).
  • Lokaal eigendom van een of enkele lokale partijen: zonneparken (20%)  en windparken (40%) van de productie. Dit is eigendom van agrariërs, lokale bedrijven, waterschap, e.d. maar zonder deelname van de bredere omgeving.
  • Andere vormen van participatie zoals financiële participatie zonder eigendom, een omgevingsfonds, omwonenden regeling of levering van lokale stroom zijn gebruikelijk bij windparken. Hierin is het effect van de Gedragscode Wind op Land (2015) zichtbaar. Bij zonneparken komt die ontwikkeling later op gang.